Hoe gebruiken vleermuizen een landschap?

Sommige soorten leven in grote groepen tot wel honderden vrouwtjes bijeen, bij andere soorten komen de vrouwtjes in veel kleinere groepen voor. De mannetjes leven bijna altijd solitair. Daarbij biedt het landschap al dan niet voor beide geslachten gescheiden deelleefgebieden die afzonderlijke functies vervullen. Afhankelijk van de periode van het jaar en activiteit van de vleermuizen worden verschillende elementen in het landschap ook voor verschillende functies gebruikt. Bomenrijen kunnen bijvoorbeeld voor een soort als de watervleermuis van belang zijn ter beschutting tijdens de migratie, terwijl een soort als de rosse vleermuis in boomholten van diezelfde bomenrij de kraamkolonies heeft. De typen geschikte verblijfplaatsen en foerageergebieden zijn afhankelijk van de soort. Zo zijn er soorten die in boomholtes verblijven, in bossen en boven water jagen, maar ook soorten die in gebouwen verblijven en boven open weilanden jagen.

Vliegroutes Peter Twisk

 

Vleermuizen leven in een netwerk van verschillende verblijfplaatsen door het jaar heen en verschillende functies gedurende een dag (foerageergebieden en verblijfplaatsen), maar ook in een netwerk van verschillende verblijfplaatsen tijdens hetzelfde seizoen. Afhankelijk van soort en situatie is er sprake van een hoofdverblijfplaats met satellietverblijfplaatsen of van meer gelijkwaardige verblijfplaatsen. De verschillende sociale groepen, of kolonies, functioneren in meerdere of mindere mate gescheiden van elkaar, en gedragen zich soms zelfs territoriaal. Genetische uitwisseling tussen de sociale eenheden vindt plaats tijdens de paartijd en/of de migratie. Uitwisseling tussen de kolonies van vrouwelijke individuen vindt maar op heel beperkte schaal plaats.

Jachtgedrag verschillende vleermuissoorten